Is een brug alleen om overheen te rijden? Gaat je leefgebied ook verder dan de voordeur? Zijn parkeerplaatsen, terrassen of festivals de beste manier om de publieke ruimte te gebruiken? Heeft iedereen genoeg zeggenschap over en toegang tot voorzieningen? Kortom, wat is er nodig om de stad van en voor alle Amsterdammers te maken?
De ambitie voor een rechtvaardig en inclusief Amsterdam vraagt om een commons-blik: de stad is een levend sociaal systeem waarin bewoners, gebruikers, ondernemers en lokale overheid samen de stad vormgeven en beheren. En de publieke ruimte is een hulpbron voor ons dagelijks leven. Om elkaar te ontmoeten, onderweg te zijn, te spelen, te demonstreren, een feestje te vieren, in de buurtmoestuin te spitten, een beetje rond te hangen, verwondering en verbazing te ervaren.
Lees ook Wie beslist over de stad? en De doe-het-zelf-aanpak van de commons.
De stad is van elke Amsterdammer
Om de publieke ruimte weer van en voor alle Amsterdammers te maken, dan zijn dit de bijbehorende waarden:
- gelijke toegang. De stad is van elke Amsterdammer en die moet in gelijke mate toegang hebben tot de publieke ruimte. Dus zonder discriminatie, zoals racistische algoritmes in gezichtsherkennende camera’s, ontoegankelijke stoepen voor mensen met een fysieke beperking of onveilige straten en pleinen.
- gevoel van thuiszijn. Elke Amsterdammer moet het gevoel hebben dat-ie thuis is in de stad, en niet alleen binnen de vier muren van zijn of haar woning.
- Is de stad onze hulpbron die we samen beheren, dan moeten we ook maximale zeggenschap hebben over de publieke ruimte. Dat vereist radicale democratisering.
- Je zorgt beter voor iets als je er verantwoordelijkheid voor krijgt.
- Ruimte als een statische, stenen of betonnen constructie waar je niets meer aan kunt veranderen, nodigt niet uit tot deelname. Om echt betrokken te voelen bij de stad en de publieke ruimte, moeten Amsterdammers die ruimte ook naar hun hand kunnen zetten.
Het gaat om maximale zeggenschap over de publieke ruimte. Daar ontmoeten we elkaar, ervaren we verwondering en verbazing.
De winkel op de hoek
Samen de publieke ruimte vormgeven en beheren, samen met andere burgers en de lokale overheid: dat betekent dat Amsterdammers democratische macht krijgen en nemen. Democratische macht die verder gaat dan stemmen of deelnemen aan inspraakavonden. Democratie is dat je kennis en controle hebt over de school van je kinderen, het parkje tegenover je huis, de winkel op de hoek, het bedrijf waar je werkt, de groenten die je met je buren teelt en de verzekering die je met de hele buurt afsluit, de auto’s die je met elkaar deelt en de digitale data die je produceert.
Nu is de lokale overheid behoorlijk ervaren in besluitvorming, de meeste burgers hebben weinig ervaring in dergelijke processen, zeker als het gaat om het beheer van gebouwen en buitenruimte en om belangen afwegen. Het vraagt oefening en experiment aan beide kanten … een gemeente die burgers, buurten en wijken actief ten dienste te staat, hun ondersteunt en naar een andere verhouding durft te zoeken. Onder Amsterdammers vraagt het om ruimte te maken voor minder activistische medebewoners die wel ideeën hebben, maar geen vergadertijgers zijn en niet in beleidsjargon praten. En om voorbij het neoliberale mensbeeld te denken dat individueel gewin als het hoogste goed beschouwt.
Lees ook over rechtvaardige huisvesting en hoe stad en samenleving zo ongelijk zijn geworden.