Een dashboard voor een economie van welzijn

Van een economie die mens en planeet uitput naar een economie met welzijn voor mensen en milieu: dat vraagt om andere manieren van meten. De huidige manier met het bruto binnenlands product is verhullend. Een beter instrument is een welzijnsindex.

In het huidige economische model is groei de enige graadmeter, gemeten door het bruto binnenlands product (bbp). Landen met een grote economische ongelijkheid en ecologische schade kunnen een flink bbp hebben. Want fossiele industrie telt positief mee en de kosten voor milieu- en klimaatvervuiling zijn er niet in opgenomen. Al die miljarden uren onbetaald zorgwerk zijn er ook niet terug te vinden, evenals of mensen een veilig, gezond en gelukkig leven leiden en of het goed gaat met de natuur. En dat is juist waar een welzijnseconomie op uit is.

Lees ook Stadseconomie van, voor en door Amsterdammers en Het probleem van het systeem & het intelligente alternatief.

Meten op meer dimensies

Een welzijnseconomie heeft ook een instrument nodig dat meet en monitort. Zonder cijfers geen analyse, geen beleid en geen sturing. Nicky Pouw, verbonden aan de UvA, doet onderzoek naar de Welzijnseconomie Matrix (WEM). Die matrix is een integrale manier om economie, welzijn, mens, sociale gelijkheid en natuurbehoud te meten en te monitoren. Het model weegt de effecten op de groepen met de laagste inkomens zwaarder: zij worden sneller en heviger geraakt door kleine veranderingen – positief en negatief – dan degenen met een hoog inkomen.

In plaats van een grafiek werkt de Welzijnseconomie Matrix met een dashboard met indicatoren voor sociale gelijkheid, natuurbehoud en materieel welbevinden – die kunnen afwisselend aan en uit worden gezet. Zo’n samengestelde index maakt economische analyses op meerdere dimensies mogelijk.

Omdat meer niet per se beter is: Hoe en waarom de economie moet veranderen. Bekijk ook dit (engelstalige) gesprek waarom we welzijn van de planeet en mensen moeten meten. Met Nicky Pouw en anderen.

Kwaliteit van leven

In dit model om de economie duurzamer en sociaal rechtvaardiger te maken, ziet Pouw dat economische keuzes meer zijn dan een kosten-batenanalyse uitgedrukt in geld. Zoals ze het zelf omschrijft: ‘Welzijn kent een materiële, relationele en subjectieve dimensie. In de materiële dimensie streven mensen naar opleiding, inkomen en bestaanszekerheid en dergelijke. In de relationele dimensie maken mensen gebruik van sociaal kapitaal en verhouden zich tot de natuur om welzijn te realiseren. En, ten slotte, in de subjectieve dimensie bepalen mensen hun waarden en normen, en evalueren zij kwaliteit van leven.’