The Future is Public, Democratic Ownership of the Economy – 2019

Als de toekomst publiek is, hoe ziet die eruit en hoe bouwen we die? Wat zijn valkuilen van publiek eigendom? Hoe breng je economische democratie verder? Wat doe je tegen klimaatnood? Wat zie je vanuit een feministische blik? Dit en meer komt aan bod op The Future is Public, de internationale conferentie door TNI, de 99 van Amsterdam en internationale partnerorganisaties op 4 en 5 december 2019. Hieronder de belangrijkste thema’s, vragen, ideeën, en daar waar het schuurt …

Het nieuwe municipalisme

Nu de meerderheid van de wereldbevolking in een stad woont, is dat gebied ook een kapitalistisch strijdperk. In steden is veel geld te verdienen, van grote infrastructurele projecten tot nieuwe vormen van consumptie, zoals de marxistische denker David Harvey uiteenzet. Maar steden zijn tegelijkertijd plaatsen van verzet, met ruimte voor experiment.

Maximale controle door burgers

Misschien wel het meest bekende voorbeeld is Barcelona. Sinds mei 2015 wordt de Catalaanse hoofdstad bestuurd door het burgerplatform Barcelona En Comú. Dat platform probeert het lokale bestuur te veranderen met democratie en participatie aan de basis en wil privatisering terugdraaien met vormen van gemeentelijk eigendom waarin burgers maximale controle hebben.

Barcelona is een voorbeeld van een bredere, wereldwijde beweging voor radicaal democratische stedelijke politiek,voor municipalisme. Zo heeft Wenen door een radicale gemeentelijke politiek infrastructuur, huisvesting, afvalbeheer, onderwijs, energie en transport grotendeels in publiek beheer. Zo woont 60 procent van de inwoners van de stad in sociale woningen, huisvesting wordt gezien als een sociaal goed, niet als een handelsproduct. Noorwegen heeft ervaring met afvalinzameling dat weer in publieke handen genomen werd.

Zuidelijk geluid

Dat de municipalistische agenda nog vaak te eurocentrisch is, maken zuidelijke deelnemers aan de conferentie duidelijk. Vaak worden voorbeelden uit westerse landen genoemd, terwijl zuidelijke democratische experimenten zoals participatieve begroting in Porto Alegre en zelfbestuur door de Zapatista’s in het Mexicaanse Chiapas al jarenlang bestonden en als inspiratie dienden voor bijvoorbeeld Barcelona en Comú.

Sterker nog, krachtige municipalistische initiatieven komen uit het zuiden. Zoals werknemerscoöperaties in Recoleta, Chili. Zoals Selangor in Maleisië dat zijn waterbeheer, met water voor 10 miljoen inwoners, na langdurig conflict met de private eigenaar onlangs weer in publieke handen nam. Op de Filippijnen biedt de gemeente Binalonan gratis eerstelijnsgezondheidszorg, kinderdagverblijven, ondersteuning aan alleenstaande ouders en ouderen en financiële hulp voor vrouwen en kinderen. Met minder ondervoeding bij kinderen tussen 0 en 2 jaar: 9,06 procent in 2016 in vergelijking met het landelijke gemiddelde van 26,2 procent. De gemeente Cainta, Rizal biedt huishoudens met lage inkomens gratis hoger onderwijs en levensloopmogelijkheden, en investeert in nieuwe gezondheidscentra.

Waterstrijd in Lagos, Nigeria

Deelnemers aan de conferentie benadrukken ook dat postkoloniale landen vaak sterk gecentraliseerd zijn, met weinig autonomie voor de lokale overheid en lokale elites die de gemeentelijke politiek domineren. Dit is zichtbaar in de strijd tegen privatisering van water in Lagos, Nigeria. In 2014 hoorden activisten in Lagos van de plannen van de lokale overheid om de watervoorziening in handen te geven van een ​​publiek-privaat partnerschap. Een campagne van een milieu-actiegroep en de vakbond van waterwerknemers bedwong het publiek-private partnerschap, maar de regering bleef bij privatisering, en daagde de activisten uit een alternatieve oplossing te vinden. Als antwoord hebben ze een routekaart ontwikkeld om het waterbedrijf te democratiseren met waterbeheer onder de hoede van burgers.

Macht of buiten de overheid om

De paneldiscussies, de gesprekken tussen gasten, deelnemers en sprekers schijnen ook hun licht op hoe municipalistische experimenten kans van slagen kunnen hebben. In sommige gevallen gaat het erom om lokale macht te verwerven, en vandaaruit de verandering te beginnen. In andere gevallen zijn campagnes voor economische democratie, juist buiten de overheid om, beter geschikt.

Publiek eigendom, publiek beheer en publiek controle

Een van de beloftes van het nieuwe municipalisme is dat het een radicaal democratische politiek nastreeft met democratische controle, in plaats van macht te concentreren in de handen van experts of bureaucraten. Cat Hobbs van actiegroep We Own It bepleit dat grondige democratisering nodig is, als we een succesvol model van publiek eigendom willen dat niet door een volgend stadsbestuur ontmanteld kan worden.

Banken en olie

‘In publiek eigendom zijn we op zoek naar publieke controle. Dit zal niet altijd worden opgelost door een onderneming in overheidsbezit te worden’, aldus Sylvia Chi van het Asian Pacific Environmental Network. Haar voorbeeld: de openbare bank van North Dakota keurde een lening aan de overheid goed om een privaat beveiligingsbedrijf te financieren dat geweld gebruikte tegen demonstranten die zich keerden tegen de aanleg van oliepijpleiding.

Als publieke bank onder publieke controle noemt Thomas Marois van SOAS University, Londen, de Banco Popular in Costa Rica. De bank wordt geleid door een assemblee van werknemers bestaande uit 290 leden, waarvan de helft vrouwen. De raad van bestuur is ook gedemocratiseerd, met drie overheidsvertegenwoordigers en vier vertegenwoordigers uit de assemblee – en zo zijn er nog meer democratische mechanismen. Marois benadrukt dat de mate van democratie van elke bank afhangt van de mate waarin een bevolking zich weet te organiseren.

Recht op water

Hilary Wainwright onderstreept dat gedemocratiseerde diensten niet tot stand kunnen komen onder een niet-transparante hiërarchische overheidsstructuur: publiek eigendom democratiseren vereist dat een overheid zelf democratisch wordt. Ze wijst op Uruguay dat onder meer het recht op water als publiek goed heeft vastgelegd.

Een manier om over radicale democratie na te denken is via commons, zo laat de conferentie zien. Commoning – commons ‘maken’ – kan via autonome organisaties zoals werknemerscoöperaties. Maar ook door de overheid in de vorm van public-civil partnerships – daarin werkt het openbaar bestuur samen met werknemers en burgers. Als het neoliberalisme deels is bepaald door publiek-private partnerschappen die de publieke sector hebben uitgehold en macht hebben gegeven aan winstgedreven bedrijven, zo geven publiek-civiele samenwerkingen de relatie tussen overheid, markt en samenleving opnieuw vorm.

Volksapotheek, boeren en data

Wat opvalt in de discussies, is de manier waarop publiek eigendom wordt uitgebreid naar andere sectoren dan de traditionele diensten zoals gezondheidszorg, onderwijs, water, energie en transport.

De Chileense gemeente Recoleta is hier een sterk voorbeeld van. Chili heeft een geschiedenis van neoliberale hervormingen, met als gevolg grote ongelijkheid tussen degenen die zich publieke diensten kunnen veroorloven en degenen die dat niet kunnen. De arme migrantengemeente Recoleta werkt hard om deze trend het hoofd te bieden. Om bewoners met lagere inkomens goedkope medicijnen te kunnen bieden, is in 2015 de eerste volksapotheek van het land opgericht. De lokale overheid steunde een nieuwe werknemerscoöperatie die in 2016 schoonmaakdiensten overnam, het salaris steeg met 50 procent. In 2018 heeft het gemeentebestuur een publieke makelaardij geopend die betaalbare woningen aanbiedt en een nieuwe open universiteit opgericht voor 3.300 studenten.

Boeren

Een andere innovatieve gemeente is Mouans-Sartoux in Zuidoost-Frankrijk. In de nasleep van de gekkekoeienziekte eind jaren negentig, nam de gemeente ingrijpende maatregelen om landbouw- en eetgewoonten te veranderen. Met een programma van 10 jaar om volledig biologische maaltijden op scholen te serveren. Per dag worden 400.000 biologische maaltijden geleverd via een publiek beheerde biologische boerderij, en drie boeren staan op de loonlijst van de gemeente.

Lokale waar

Preston in het Verenigd Koninkrijk is een van de meest bekende voorbeelden. De stad was zwaar getroffen door ernstige bezuinigingen en de crisis. In 2011 gooide de gemeente het roer om, zocht samenwerking met de denktank Centre for Local Economic Strategy en ontwikkelde een model van community wealth building. Dit model is geïnspireerd op wat Ted Howard van The Democracy Collaborative in Cleveland, Ohio deed. Ankerinstellingen zoals universiteiten, ziekenhuizen spelen een centrale rol in dit model. In plaats van diensten en goederen in te kopen bij grote bedrijven buiten de stad – waardoor geld niet in de lokale economie terechtkomt – kopen zij bij lokale maatschappelijk verantwoorde leveranciers.

Democratische data

Tot slot, data … als de toekomst publiek is, dan is een duidelijke strategie nodig hoe data democratisch beheerd kunnen worden. Publieke innovatie rond dataverzameling begint een grote vlucht te nemen. Zo hebben Amsterdam, Barcelona en New York City onlangs een coalitie voor digitale rechten gelanceerd rond vijf principes: universele toegang tot internet en digitale geletterdheid; privacy, gegevensbescherming en beveiliging; transparantie en verantwoordingsplicht; democratische participatie en inclusie; open en ethische digitale diensten.

 

Klimaatnood en rechtvaardige energie

Al tientallen jaren kennen we de gevolgen van klimaatverandering. Toch wordt onze energievoorziening nog steeds gedomineerd door fossiele brandstoffen, zijn onze voedselsystemen zeer schadelijk en intensief. Als individu is dit niet te veranderen.

Voor een uitweg hebben we publieke alternatieven nodig die de economie inrichten met sociale en ecologische rechtvaardigheid. Een ‘Green New Deal’ wint dan ook aan populariteit, vooral in de VS: een rechtvaardige klimaattransitie geïnspireerd door de New Deal in jaren ’30-stijl. Vooral de Sunrise Movement nam hierin het voortouw en voerde campagne om met drastische ingrepen de economie CO2-vrij te maken. Met een ambitieus programma voor sociale rechtvaardigheid, sociale woningbouw, nieuwe banen, de herwaardering van zorgwerk en maatregelen om raciale gerechtigheid te waarborgen.

Palestijnse vrouwen

Het concept energiedemocratie is een idee uit de Duitse beweging voor klimaatrechtvaardigheid en is sindsdien overgenomen door activistische groepen en vakbonden over de hele wereld. Voorstanders van energiedemocratie stellen niet één standaardoplossing voor, maar pleiten voor verschillende collectieve alternatieven voor privatisering, zoals autonome bewonersverenigingen, werknemerscoöperatieven, publiek eigendom en landelijke publieke planning van de energietransitie.

Inspirerend voorbeeld van autonome burgeractie voor energiedemocratie komt uit Palestina. PENGON Palestine, lid van Friends of the Earth International, zocht een antwoord op de ernstige energietekorten als gevolg van de Israëlische bezetting. Deze tekorten treffen vooral vrouwen, zij doen het huishoudelijk werk waaronder energiebeheer. PENGON bestreed dit onrecht door vrouwen te ondersteunen: zij ontwikkelden vaardigheden om zonnepanelen te installeren en te onderhouden met energie voor 900 huishoudens in heel Palestina. De samenwerking met het Ministerie van Vrouwenzaken leidde zelfs tot een genderafdeling in de Palestijnse Energie Autoriteit.

Eerlijke prijzen

Dat er ook veel te leren valt in de weg naar energiedemocratie, laat Barcelona Energía zien. Dit nieuwe gemeentelijke energiebedrijf investeerde ambitieus in zonnepanelen op openbare en particuliere daken. Met eerlijke prijzen en en niet-afsluitingsbeleid probeert Barcelona Energía sociale rechtvaardigheid en democratie te integreren.

Het bedrijf ontvangt op de conferentie de TNI-award Transformative Cities in de energiesector. Toch zijn de energie-activisten in Barcelona niet volledig tevreden – ze vinden vooral het democratische toezicht door het Catalaanse Energy Sovereignty Network onvoldoende: de adviserende assemblee heeft nog niet veel belangstelling of participatie aangetrokken en heeft geen formele beslissingsbevoegdheid.

Deze casus maakt duidelijk dat de weg naar energiedemocratie onderdeel is van een met strijd beladen proces van democratisering.

Energierekening

Een andere aanleiding om over de uitdagingen van energiedemocratie na te denken, is Eskom, het publieke energiebedrijf van Zuid-Afrika. Het bedrijf staat op instorten nadat het samen met Zuid-Afrikaanse gemeenten veel burgers aansloot op het elektriciteitsnetwerk. Door armoede konden veel gebruikers de energierekening niet betalen, met ernstige financiële problemen voor Eskom tot gevolg, die weer de tarieven verhoogde, die weer onbetaalbaar bleken. De regering ziet dit als rechtvaardiging om het op te splitsen en te privatiseren. De Eskom Reference Research Group – een alliantie van Zuid-Afrikaanse vakbonden, maatschappelijke organisaties, internationale vakbonden voor energiedemocratie en TNI – verzetten zich tegen deze neoliberale agenda. Met een reeks voorstellen om Eskom zo te hervormen dat het publiek eigendom blijft, en tegelijk het democratisch beheer en rechtvaardige energietransitie te verbeteren.

Feministische publieke toekomst

‘Voorbij de discussie over publiek eigendom, moeten we eigenlijk kijken naar hoe we het leven organiseren. Alle leven, niet alleen het menselijk leven. Hiervoor moeten we de politieke horizonten waarin we denken, opnieuw uitvinden.’

Met deze opmerking aan het slot biedt de Chileense activist en academicus Alexander Panez Pinto een vruchtbare blik op de vragen rondom de staat, de overheid. Moet die een middel zijn voor emancipatorische verandering, of is het een obstakel? Is staatsmacht grijpen het doel of moeten we juist eromheen werken? Gebeurt democratie op straat, of kan een overheid gedemocratiseerd worden? Hebben we het over de lokale of de nationale overheid? Hoe verschilt een postkoloniale staat van de noordelijke staat?

Voor of tegen

Het risico hierbij is in oude tweedelingen te denken: voor of tegen de overheid; binnen de staat aan de slag of daarbuiten; we zijn activisten of samenwerkers. Dit soort tweedelingen blijken altijd contraproductief: de ‘overheid is geen eenheid, maar eerder een verzameling instellingen in bredere machtsverhoudingen waar we zelf deel van uitmaken’.

Volgens Panez Pinto zijn er manieren te vinden om met, tegen en voorbij de staat te vechten. De overheid kan onze rechten beschermen en ruimte vrijmaken voor echte democratie en vrijheid – een reden om samen te werken. Tegelijkertijd moeten we vechten tegen de overheid omdat die ons kwelt: hetzij door de criminalisering van migranten hier in Amsterdam Zuidoost, of door demonstranten in elkaar te slaan in protesten in Chili. Dat betekent dat we op zoek moeten naar manieren waarop mensen autonomie terugwinnen.

Dagelijks leven

Kortom, hoe organiseren we het leven? Panez Pinto put uit het feministische perspectief dat veel aan de orde komt tijdens de conferentie.

Een kapitalistische arbeidsverdeling maakt ‘levenswerk’ raciaal, onrechtvaardig en genderongelijk. Zo doen vooral vrouwen onbetaalde huishoudelijke en emotionele arbeid die ervoor zorgt dat ‘werknemers’ dagelijks naar hun werk kunnen. Schoonmaak, kinderopvang en huishoudelijk werk worden vaak uitbesteed aan gekleurde vrouwen, al dan niet als migranten.

Feministische bewegingen benadrukken verder te kijken dan economie: ons dagelijks leven, onze dagelijkse lokale praktijken en relaties zijn essentieel voor veranderingen op grotere schaal. In die praktijk laten we onze aannames zien, onze keuzes. Deze blik helpt om verder te kijken dan de oude tweedelingen. Wanneer we overheidsmacht willen grijpen of juist ontmantelen, is de eerste vraag: welke manier verandert ons ​​dagelijks leven? Vanuit die vraag kunnen we verbindingen leggen, lokaal, nationaal en mondiaal.

Toekomst in meervoud

Wat de feministische blik ook zichtbaar maakt, is de waarde van zorg. Niet omdat zorg vrouwen aangeboren zou zijn, maar als grondige kennis van het belang van zorg die vrouwen hebben ontwikkeld. Wat als onze economie is ingericht op leven en zorg in plaats van op winst en groei? Voorbeelden genoeg tijdens de conferentie: de-privatisering van op zorg gerichte diensten; nieuwe opleiding voor ambtenaren over de kwaliteit van relaties in plaats van marktefficiëntie; vormen van investeringen die niet sociaal en ecologisch destructief zijn maar zorgzame arbeid bevorderen.

Een alternatieve toekomst is een toekomst in meervoud, zo benadrukt de kritische blik van zwarte en dekoloniale feministische activisten. Kolonialisme heeft met geweld een wit Europees wereldbeeld opgelegd, met waarden die andere manieren van leven, zijn en doen hebben uitgeveegd. Voor alternatieven voor neoliberalisme en privatisering is een homogene toekomst dan ook onhoudbaar: het is essentieel verschillen te waarderen. De economische democratie in Lagos kan er heel anders uitzien dan die in Londen. Verschillende public futures bestaan naast elkaar.

Een andere economie

In zijn keynote-lezing wijst David Harvey op een fundamentele kwestie: economische groei. Het kapitalisme is, in zijn woorden, ‘te groot geworden om te falen, maar te monsterlijk om te overleven’. Een belangrijke vraag hier en voor de bouwers van een nieuwe publieke toekomst: hoe kunnen we een economie democratisch inrichten die verder gaat dan groei? Hoe kan onze samenleving functioneren als we producten maken die lang meegaan en niet snel stuk gaan? Welke andere vormen van overvloed kunnen we ons voorstellen, anders dan onmiddellijke consumententevredenheid? Hoe kunnen we nieuwe vrijheden ontdekken als we zouden vertragen, minder zouden werken en meer tijd zouden nemen voor onszelf en onze gemeenschap?

Lees hier het uitgebreide versie van David Harvey's lezing op de conferentie.

Verder lezen

Diensten die weer in publieke handen komen en nieuwe diensten die in publiek beheer ontwikkeld worden, wordt (re)municipalisering genoemd. De afgelopen jaren hebben het Transnational Institute en partnerorganisaties ruim 1.400 voorbeelden van succesvolle (re)municipalisering geïdentificeerd, waarbij meer dan 2.400 steden in 58 landen over de hele wereld betrokken waren. Lees hier het rapport De toekomst is publiek. Naar democratisch beheer van publieke diensten.

 

Deelnemende organisatie aan The Future is Public

Public Services International (PSI), Austrian Federal Chamber of Labour (AK), Multinational Observatory, Ingeniería Sin Fronteras CATALUÑA (ISF), Public Services International Research Unit (PSIRU), We Own It (UK), University of Glasgow (Scotland), Norwegian Union for Municipal and General Employees (Fagforbundet), Canadian Union of Public Employees(CUPE), Democracy Collaborative (USA), MODATIMA (movement of defence of water, land and environment-Chile), Aqua Publica Europea, Municipal Services Project (MSP-Canada), EPSU (European Federation of Public Service Unions), the Netherlands Trade Union Confederation(FNV), Danish Union of Public Employees (FOA).